De Europese Unie richt zich steeds meer op digitale doelstellingen. In de Digitale Interne Markt Strategie en het Werkprogramma 2021 benadrukt de Europese Commissie dat de kwaliteit van de zorg verbeterd kan worden door e-gezondheidstechnologieën. Welke mogelijkheden biedt e-gezondheid decentrale overheden?
Antwoord in het kort
E-health biedt vele kansen voor decentrale overheden. Door gebruik te maken van het e-gezondheidsnetwerk, wordt de gezondheidszorg in andere EU-landen toegankelijker. Zo kunnen burgers sneller en effectiever geholpen worden. Daarnaast is e-health nog steeds in ontwikkeling. Er wordt voortdurend gewerkt aan nieuwe oplossingen en technologieën om de digitale uitwisseling van gezondheidsgegevens te vergemakkelijken.
E-health
E-health (ook wel e-gezondheid genoemd) staat voor het gebruik van zowel digitale informatie als communicatietechnologieën om de gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen en te verbeteren. Het vergemakkelijkt de interactie tussen patiënten en artsen, de uitwisseling van data tussen gezondheidscentra en de communicatie tussen patiënten onderling. Dit zorgt voor betere tools om de kwaliteit en levering van zorg, het monitoren van gezondheid en elektronische medische dossiers te verbeteren. E-gezondheid wordt toegepast door medewerkers in de gezondheidszorg, maar ook door patiënten zelf.
Nederlandse voorbeelden van e-health zijn:
- Persoonlijke sites en digitale patiëntensystemen, waar patiënten informatie krijgen over hun situatie en behandelplan;
- E-consults, waar artsen digitaal vragen beantwoorden en patiënten een aantal meetwaarden (bloeddruk, gewicht) kunnen doorsturen;
- Via audio-video verbindingen expertise aanbieden voor patiënten in ziekenhuizen, die dat in de avonden, nachten en weekenden niet op een andere manier kunnen krijgen;
- Een online communicatieplatform, waarbinnen zorgverleners veilig onderling informatie kunnen uitwisselen.
Europees beleid en regelgeving
Het Europees beleid voor e-health werd voor het eerst vastgelegd in de Digitale Agenda. De Digitale Agenda verduidelijkte dat het gebruik van e-gezondheidstechnologieën in Europa de kwaliteit van de zorg zal verbeteren. Hiertoe werd Richtlijn 2011/24/EU in het leven geroepen. Deze richtlijn voorziet in een algemeen kader ter verduidelijking van patiëntenrechten inzake de toegang tot grensoverschrijdende gezondheidszorg en de terugbetaling van de kosten daarvan. In artikel 14 van de richtlijn worden een aantal eisen aan e-health gesteld.
In de opvolger van de Digitale Agenda, de Digitale Interne Markt Strategie, werd het accent gelegd op een inclusieve digitale eengemaakte markt. Hiervoor is het van belang dat burgers en bedrijven gebruik kunnen maken van onderling gekoppelde meertalige digitale diensten, zoals e-gezondheidsdiensten. De elektronische diensten voor grensoverschrijdende gezondheidszorg moeten blijvend verbeterd worden om dit te bereiken. In de Mededeling over de digitale transformatie van gezondheid en zorg uit april 2018 stelde de Europese Commissie echter dat de invoering van digitale oplossingen voor gezondheid en zorg erg langzaam verliep.
Daarom is in de periode 2019-2024 “een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk” één van de zes politieke prioriteiten van de Commissie. In het werkprogramma voor 2021 kondigde de Commissie aan dat er in 2021 een routekaart wordt opgesteld met digitale doelstellingen voor 2030, gericht op connectiviteit, vaardigheden en digitale overheidsdiensten. In 2021 zal bovendien de Europese dataruimte voor gezondheidsgegevens gelanceerd worden. Deze ruimte maakt gezondheidsgegevens makkelijker uitwisselbaar en toegankelijker, niet alleen ten behoeve van een betere gezondheidszorg, maar ook voor gezondheidsonderzoek en beleidsvorming.
Decentrale overheden
Een van de taken van decentrale overheden op het gebied van gezondheid is de uitvoering van de Wet publieke gezondheid. Daarnaast zijn gemeenten sinds januari 2015 verantwoordelijk voor jeugdzorg, werk en inkomen en zorg aan langdurig zieken en ouderen. Het e-gezondheidsnetwerk, dat is opgezet op grond van Richtlijn 2011/24, brengt nationale autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor e-gezondheid met elkaar in contact. Dit biedt decentrale overheden meer mogelijkheden om effectief gebruik te maken van e-health, waardoor meer mensen geholpen kunnen worden.
Een van de grootste uitdagingen in het gebruik van elektronische technologie in de gezondheidszorg is de bescherming van de privacy van de gebruikers. Het is dus belangrijk dat de decentrale overheden goed toezicht houden op het gebruik van data en dat de gegevens van hun burgers beschermd blijven, zoals is bepaald in artikel 20 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming.
Meer informatie
E-gezondheid, Europese Commissie
Informatiemaatschappij, Kenniscentrum Europa decentraal