Een aantal gemeentelijke campings in onze provincie heeft een gezamenlijke prijsstrategie afgesproken. Onze gemeente beheert één van deze campings. Hebben wij hier te maken met verboden kartelafspraken? En zo ja, kunnen deze afspraken vrijgesteld worden van het karteltoezicht?
Versie juli 2012
Antwoord
Ja, een gezamenlijke prijsstrategie geldt inderdaad als een mededingingsbeperking. Een dergelijke strategie is op basis van het kartelverbod van artikel 101 VWEU/ 6 Mededingingswet niet toegestaan.
Is er sprake van lokale afspraken tussen kleine ondernemingen met een lage omzet? Dan kunnen deze afspraken van het karteltoezicht uitgezonderd zijn als zij onder de zogenaamde bagatel-uitzondering vallen. Wel moet voorkomen worden dat de gemeentelijke camping in strijd handelt met de gedragsregels voor overheden en overheidsbedrijven uit de Mededingingswet.
Hardcore mededingingsschendingen
Prijsafspraken, marktverdelingsregelingen en de uitwisseling van concurrentiegevoelige informatie zoals prijsstrategieën, gelden als mededingingsbeperkingen die niet snel van het karteltoezicht worden uitgesloten. Het gaat hier om zogenoemde hardcore mededingingsschendingen. Als er een minder ingrijpende mededingingsschending was geweest, had de uitzondering uit de-minimis-bekendmaking voor niet merkbare mededingingsbeperkingen uitkomst kunnen bieden.
Uitzonderingen
In deze bekendmaking zijn voor het karteltoezicht uitzonderingen opgenomen voor (overheids-)ondernemingen die markttaken verrichten die niet leiden tot een merkbare beperking van de mededinging. Deze markttaken moeten onder een gezamenlijke marktaandeeldrempel blijven. Aangezien de gemeentelijke campings door middel van een prijsstrategie hardcore mededingingsschendingen begaan, kan deze uitzondering niet benut worden.
Bagatel-uitzondering
De prijsstrategie van de gemeentelijke campings kan mogelijk wel onder de zogenaamde bagateluitzondering vallen als er sprake is van lokale afspraken die een beperkt effect hebben op de mededinging. De batagatel-uitzondering is terug te vinden in art. 7 Mededingingswet. Deze regel zondert mededingingsbeperkende afspraken (waaronder ook hardcore afspraken) uit van het kartelverbod wanneer:
– Bij de afspraken niet meer dan 8 ondernemingen betrokken zijn;
– De gezamenlijke omzet van de ondernemingen voor leveringen van goederen onder de € 5,5 miljoen blijft en voor andere activiteiten (zoals diensten) € 1,1 miljoen;
– Een andere voorwaarde is de bagatelgrens van 10% (art. 7 lid 2 Mw.)
Gedragsregels markt en overheid
Bij het afstemmen van een onderling prijsbeleid moeten gemeenten naast de kartelregels rekening houden met de gedragsregels voor overheden en overheidsbedrijven in de Mededingingswet. Dit zijn art. 25 g t/m 25 m Mw, beter bekend als de gedragsregels markt en overheid. Art. 25 i Mw stelt dat overheden een integrale kostprijsberekening moeten hanteren bij het aanbieden van goederen en diensten op de markt. Ook moet op basis van art. 25 j Mw voorkomen dat overheidsbedrijven bevoordeeld worden.
Meer informatie:
Pluk de vruchten van de interne markt, ‘Beleidskansen in het mededingingsrecht’, A. Gerbrandy, Sdu 2011
Wanneer kunnen gemeenten met het mededingingsrecht te maken krijgen? A. Gerbrandy, B. Hessel, Gemeentestem 2005, 7221
Gedragsregels markt en overheid, Europees mededingingsrecht
Mededingingswet
De-minimis-bekendmaking voor niet merkbare mededingingsbeperkingen, Europese Commissie
Meer weten over dit onderwerp?
Werkt u voor een decentrale overheid of het Rijk en hebt u een vraag over dit onderwerp? Neem dan contact op met de helpdesk van Europa decentraal: