HvJ-EU, 2 maart 2015. Prejudiciële Hofzaak C-6/15. Deze zaak wordt het Hof gevraagd of de weging van de gunningsfactoren (art. 53 lid 2 richtlijn 2004/18), vereist dat de aanbestedende dienst bij de gunning van een opdracht voor het verrichten van diensten op basis van de economisch meest voordelige inschrijving, de inschrijvers in de aankondiging of het bestek informeert over de bij de beoordeling van de offertes van de inschrijvers gehanteerde beoordelingsmethodiek. Met name in relatie tot de verdragsbeginselen van transparantie en non-discriminatie.